Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Te weten [38]tot het brood der toerichting, en tot [39]de meelbloem ten spijsoffer, en tot ongezuurde vladen, en [40]tot de pannen, en tot [41]het gerooste, en [42]tot alle mate en [43]afmeting; 38. Hetwelk ordelijk in twee rijen gelegd werd op de tafel voor den voorhang van het allerheiligste. 39. Zie Lev.2:1. 40. Dat is, tot het gebakkene in de pannen. 41. Anders, gebradene, gefruite, gefrikasseerde. 42. Versta dit alzo, dat de Levieten daarop moesten achtgeven, dat het spijsoffer zijn rechte en behoorlijke maat had van meelbloem, olie en wijn. 43. Dat is, zij moesten ook de plaatsen in den tempel recht afmeten, in welke dit of dat deel van den godsdienst verricht zou worden, of waar iets geschieden of niet geschieden mocht.